Jeanne Pierre Rawie
Gedichtenuurtje 15-11-22
(geschreven over de vader, voorgelezen over de moeder)
Mijn moeder sterft; als ik haar hand vasthoud,
voel ik de botten door haar huid heen steken.
Ik zoek naar woorden maar zij kan niet spreken
en is bij elke ademtocht benauwd.
Dus schud ik kussens en verschik de deken,
waar zij met krachteloze hand in klauwt;
ik blijf haar kind, al word ik eeuwen oud,
en blijf als kind voor eeuwig in gebreke.
Wij volgen één voor één hetzelfde pad,
en worden met dezelfde maat gemeten;
ik zie mijzelf nu bij haar bed gezeten
zoals zij bij haar eigen moeder zat:
straks is zij weg, en heeft zij nooit geweten
hoe machteloos ik haar heb liefgehad.
uit: Onmogelijk geluk, 1992.
Geef een reactie